Selecteer een pagina

In de boardrooms van Nederland waait een nieuwe wind, maar het is er een die een vreemde geur met zich meebrengt. Steeds vaker lijken bestuurders hun strategische kompas te laten bepalen door één overheersende factor: het vermeende gebrek aan personeel. Op het eerste gezicht lijkt dit misschien verstandig – per slot van rekening kan geen enkel bedrijf functioneren zonder medewerkers. Maar bij nader inzien onthult deze fixatie een verontrustende kortzichtigheid die op lange termijn wel eens desastreus zou kunnen uitpakken.

Laten we eens kijken naar de gevolgen van deze tunnel-visie. Bedrijven snoeien in hun dienstverlening, niet omdat er geen vraag is, maar omdat ze bang zijn dat ze de vraag niet aankunnen. Ziekenhuizen sluiten afdelingen, niet omdat de patiënten zijn verdwenen, maar omdat ze vrezen voor personeelstekorten. Horecagelegenheden beperken hun openingstijden, niet omdat de klanten wegblijven, maar omdat ze denken dat ze de bediening niet rond krijgen.

Het resultaat? Een self-fulfilling prophecy van de ergste soort. Door anticiperend te handelen op een probleem dat mogelijk nog niet eens bestaat, creëren deze bestuurders precies de situatie die ze probeerden te voorkomen. Ze krimpen, terwijl de markt schreeuwt om groei. Ze trekken zich terug, terwijl de maatschappij smeekt om hun diensten.

Maar er is meer aan de hand dan alleen een misrekening van vraag en aanbod. Deze benadering getuigt van een fundamenteel gebrek aan visie en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Bedrijven bestaan niet in een vacuüm; ze zijn integraal onderdeel van onze samenleving. Hun bestaansrecht is niet alleen gebaseerd op winstgevendheid, maar ook op de waarde die ze toevoegen aan de gemeenschap.

Wanneer een zorginstelling als Zuyderland besluit het aanbod van bepaalde behandelingen in te krimpen of zelf niet meer aan te bieden vanwege personeelstekorten, wie lijdt daar dan onder? Niet de bestuurders, maar de patiënten die nu verstoken blijven van noodzakelijke zorg. Wanneer een school besluit bepaalde vakken te schrappen omdat ze de docenten niet kunnen vinden, wie betaalt dan de prijs? Niet de directie, maar de leerlingen wier toekomstmogelijkheden worden ingeperkt.

Het is tijd dat bestuurders hun blik verruimen en zich realiseren dat hun verantwoordelijkheid verder reikt dan de grenzen van hun eigen organisatie. In de regio Parkstad wonen bijna net zo veel mensen als in de provincie Zeeland. Hun gemiddeld inkomen, opleidingsniveau is lager dan het Nederlands gemiddelde en hun gezondheidsniveau is ver beneden pijl. Hier is dus vraag, vraag om hulp, vraag om investeringen, vraag om structurele oplossingen, Bestuurders moeten ophouden met het nemen van defensieve besluiten gebaseerd op angst, en in plaats daarvan proactief op zoek gaan naar creatieve oplossingen die zowel hun personeel als hun klanten ten goede komen.

Het Zuyderland bestuur nodigt minister-president Schoof uit om hun besluit toe te lichten. Maar wat als ze zouden luisteren naar de bewoners, de patiënten de marktvraag. Wat als, in plaats van het inkrimpen van diensten, bedrijven zouden investeren in automatisering en technologie om de werkdruk te verlichten? Wat als ze, in plaats van zich terug te trekken uit bepaalde marktsegmenten, zouden samenwerken met onderwijsinstellingen om de volgende generatie werknemers op te leiden? Wat als ze, in plaats van te bezuinigen op arbeidsvoorwaarden, positief op het aanbod van Heerlen in zouden gaan en samen met de regio zouden investeren in een aantrekkelijke woon werkcultuur die mensen aantrekt en behoudt? Bouwden de mijnen en bedrijven als Philips niet ook hele wijken, muziek, sport en recreatie gelegenheden en educatie centra om personeel te trekken en te behouden? Heeft dit model niet laten zien dat we daarmee grote problemen oplossen en welvaart en voorspoed kunnen creëren? 

Het personeelstekort is een reëel probleem in heel Nederland, niet alleen in Parkstad maar ook in Sittard of Utrecht of Groningen. Dat valt niet te ontkennen maar is dus ook geen valide argument meer. Het is een gegeven en mag niet worden gebruikt als een excuus voor slecht leiderschap of maatschappelijke onverschilligheid. Bestuurders moeten zich realiseren dat hun beslissingen verstrekkende gevolgen hebben, niet alleen voor hun eigen bedrijf, maar voor de samenleving als geheel.

We hebben leiders nodig die durven te dromen, die durven te innoveren, die durven te investeren in de toekomst. Leiders die begrijpen dat een gezond bedrijf meer is dan een gezonde balans – het is een organisatie die waarde toevoegt aan de wereld om zich heen.

Dus, aan alle bestuurders die momenteel bibberen bij de gedachte aan personeelstekorten, hier is mijn oproep: Kijk verder dan uw eigen angsten. Luister naar de behoeften van uw klanten. Denk na over uw rol in de maatschappij. En handel dan niet uit vrees, maar uit visie.

Want uiteindelijk zullen het niet de bedrijven zijn die zich terugtrekken die overleven en floreren. Het zullen de organisaties zijn die de uitdaging aangaan, die innoveren, die samenwerken, en die boven alles trouw blijven aan hun maatschappelijke opdracht.

De toekomst behoort niet aan de angstige, maar aan de moedige. Niet aan de behoudende, maar aan de vernieuwende. Niet aan degenen die zich verschuilen achter excuses, maar aan degenen die oplossingen creëren.

Het is tijd dat onze bestuurders opstaan en deze uitdaging aangaan. Niet alleen voor het welzijn van hun eigen organisaties, maar voor het welzijn van ons allemaal. Want in een wereld die schreeuwt om vooruitgang, kunnen we ons geen achteruitgang veroorloven.