Selecteer een pagina

Bij de inhuldiging van haar vader in 2013 besefte prinses Amalia pas wat haar te wachten stond. In de Nieuwe Kerk in Amsterdam, ze was 9 jaar oud, realiseerde ze zich dat dit ook over haar en háár toekomst ging. Vijf jaar later heeft ze zich ermee verzoend, vertelt ze in een gesprek aan Claudia de Breij. Omarmen gaat alleen nog te ver.

De Breij werd eerder dit jaar gevraagd een boek te schrijven over Amalia, omdat de kroonprinses binnenkort 18 jaar wordt. Een goede gelegenheid om haar “voor te stellen aan Nederland”, zoals de cabaretière schrijft. Uit het boek – dat vandaag verschijnt – komt een beeld naar voren van een meisje dat haar toekomst vooralsnog niet als een grote last ervaart, maar eerder als een eer ziet. Bijkomstig voordeel: ze is dol op tiara’s.

Een aantal dagen trok de cabaretière met de prinses op. Amalia nam haar mee naar de koninklijke stallen waar haar paard (Mojito) staat en naar een strandtent van de ouders van een vriendin. De Breij portretteert haar als geconcentreerd, serieus en fanatiek, maar ook als een meisje dat vraagtekens zet bij wat ze tot nu toe gepresteerd heeft in haar leven. Daarnaast is ze perfectionistisch, een trekje dat ze wellicht van haar oma Beatrix heeft geërfd, oppert De Breij. Dezelfde grootmoeder die ze overigens Amma noemt.

Veel gesprekken die De Breij heeft opgetekend, gaan over familie. Over haar ouders, die haar op jonge leeftijd naar een kindertherapeut stuurden, en over geruzie met haar zusjes. Maar ook over de impact die het overlijden van twee naaste familieleden had.

Zo bracht haar tante Inés, de jongere zus van koningin Maxima, zich twee jaar geleden om het leven. Enkele jaren daarvoor kwam prins Friso al te overlijden, na een ernstig skiongeluk in Lech. Hij raakte onder een lawine bedolven toen hij offpiste ging met een vriend.

Het ongeluk komt alleen terloops ter sprake als het over Amalia’s hobby’s gaat. Als de twee praten over skiën, zegt de prinses dat ze het liefst offpiste gaat. “Door die lekkere verse poedersneeuw”. Wie geïnteresseerd is in het koningshuis, legt direct de link met het overlijden van Friso, zo ook de Breij. “Speciale training gehad, hè”, vervolgt de prinses. “En ik heb alle middelen bij me voor lawinegevaar, zo’n beeper, zo’n speciale rugzak. En we gaan altijd, altijd met een gids.”

De twee praten daarnaast over het geloof, sociale media, haar schooltijd en wat ze gaat studeren. Over dat laatste is Amalia nog niet uit. Haar interesses liggen bij geschiedenis, economie en rechten, maar wat het precies wordt weet ze nog niet. Ook niet of ze traditiegetrouw in Leiden gaat studeren. Als ze dat doet dan is het “omdat ik dat echt zelf wil en niet om de traditie”.

‘Echt mooi zingen’

De Breij tekent ook luchtige gesprekken op. Zo schrijft de artieste over de talenten van de prinses. Ze kan bijvoorbeeld een prima cocktail maken en – in de woorden van De Breij – “echt mooi zingen”. In een kamer van paleis Huis ten Bosch waar alleen een vleugel staat, zingt Amalia Memory van Barbara Streisand. Wat Amalia betreft blijven zulke optredens privé. Het biedt haar troost, ze kan haar emoties ermee uiten, een belangrijke reden om het voor zichzelf houden.

Het boek schetst bovenal een beeld van een 18-jarige die normaal over wil komen. Die niet verheven is boven het volk vanwege haar titel, maar in de samenleving wil staan. Het is terug te lezen in de passages over Amalia’s liefde voor cocktails shaken in de strandtent (“Ze is echt onze cocktail queen, hoor!”) en de muziekkeuze van de prinses in de auto (Atje Voor De Sfeer en Anton aus Tirol). Dat is misschien ook wel nodig, in een tijd waarin het nut van een monarchie vaak publiekelijk wordt bediscussieerd.

Uit veel passages blijkt dat Amalia bezig is met haar toekomstige rol. Dat ze nadenkt over wat haar later te wachten staat en hoe ze haar periode als koningin zal vormgeven. Over het ondertekenen van wetten zegt ze bijvoorbeeld: “Ik zou niet iets kunnen ondertekenen dat de vrijheid van meningsuiting weg zou nemen”. Dat zou tegen haar geweten ingaan én tegen de eed die ze gaat afleggen (‘zo waarlijk helpe mij God almachtig’).

Die eed hoopt ze voorlopig nog niet uit te spreken. In principe kan dat vanaf haar 18de jaar, maar als haar vader nu iets overkomt wil ze dat haar moeder het een paar jaar overneemt. En wat als de monarchie voor die tijd verdwijnt? “Ze mogen het best doen, hoor, dan ga ik ook door met mijn leven.”